Onderzoek hoe paardenbloemen zijn aangepast aan het stadsleven.

Wat ga je doen?

Je gaat op zoek naar de complete pluizenbollen van enkele paardenbloemen. Je plukt ze, steekt ze in een zakje of plastic bakje en geeft ze elk een nummer. Voor je de bloem plukt, meet je het steeltje vanaf de grond tot de onderkant van de pluizenbol. Noteer de lengte op het formulier bij het juiste nummer. Noteer ook de datum en de coördinaten (lees hier hoe je die kunt vinden) van de plek waar je de bloem vond en geef een beschrijving van de vindplaats (stoep, weiland, berm, perk, anders). Ga naar binnen met je materiaal. Plak een stuk plakband op een muur op een hoogte van precies 2 meter. Pak de eerste pluizenbol en neem er met een pincet een willekeurig, compleet zaadje uit (dus ook het parachuutje). Hou het zaadje steeds met de pincet vast aan het steeltje van de pluim. Je houdt het zaadje op precies twee meter hoogte, laat het los en meet de tijd totdat het zaadje de grond raakt. Noteer de tijd op het formulier. Doe dit in totaal vijf keer per zaadje. Hierna meet en noteer je de lengte van het steeltje. Hier kan je zien hoe je dat moet doen. Tenslotte vul je je data in in het Excel-document en dit stuur je op naar onderzoeker Niels Kerstens.

Waarom doe je mee?

Paardenbloemen vind je overal in Nederland en België. Ze bloeien vooral in april en mei. De typerende pluizenbol zit vol met zaadjes die zich via de wind verspreiden. De bloemen kunnen zich op verschillende manieren aan het stadsleven aanpassen. Zo kunnen ze er bijvoorbeeld voor zorgen dat hun zaad ver vliegt zodat het in een grasland of weide terecht komt, of ze kunnen er net voor zorgen dat het zaadje dicht bij de ouderplant valt. De vraag van de onderzoekers is hoe de bloemen nu exact zijn aangepast aan het stadsleven en daarom willen ze de zaadjes onderzoeken.

Wie kan meedoen?

Iedereen uit Nederland en België mag meedoen aan dit onderzoek. Je hebt enkel zakjes of plastic schaaltjes nodig om de bloemen in te leggen, een pincet, een stift om ze te nummeren en een timer om de tijd bij te houden. 

Wie organiseert het?

Menno Schilthuizen is evolutiebioloog bij het Leidse Naturalis Biodiversity Center. Hij doet onder meer onderzoek naar snelle evolutionaire aanpassingen. Van 2000 tot 2006 werkte hij op Borneo (Maleisië), waar hij slakken bestudeerde.

Ik doe mee

Reacties